op·brengst
Opbrengstgericht werken als
blauwdruk voor het Nederlandse onderwijs
Opbrengstgericht werken is ‘je van hèt’. De VO-Raad, de
AOC-Raad, de onderwijsinspectie en School Aan Zet (School Aan Zet wordt
uitgevoerd door een programmabureau in opdracht van het ministerie van OCW),
allemaal zijn ze het erover eens: Opbrengstgericht werken is dé manier om de
onderwijsresultaten van je school te verbeteren. De inspirator van deze
beweging is Michael Fullan, Canadees socioloog. School Aan Zet noemt hem de
internationaal expert op het gebied van duurzame schoolontwikkeling. Het
verhogen van leerling resultaten kan volgens Fullan (en dus ook volgens de
aanhangers) als het leren van leerlingen en hun resultaten in het brandpunt van
de aandacht van leraren staat. Scholen Aan Zet (Vermaas, 2013) voegt daaraan toe dat het daarbij gaat
om het actief gebruiken en leren van data. Dat klinkt als een leerstrategie
alhoewel Alexander (Alexander, 2006) niet rept over ‘results-oriented
approach’ of over ‘data driven teaching’. Is het opbrengst gericht werken de
‘what works’ van de lage landen?
Als ik het woord in Van Dale (Vandale.nl,
2013)
opzoek, dan krijg ik dit:
op·brengst (de; v; meervoud: opbrengsten)
1het voortgebrachte: de opbrengst
van rogge
2het bedrag dat
iets bij verkoop opbrengt
Opbrengstgericht werken betekent dat je met elkaar een
aantal bewezen succesfactoren implementeert in je school. Die succesfactoren
zijn: Bevlogen leraren (succesfactor nr. 1) en teams die samen bespreken wat de
opbrengsten over de leerlingen en het onderwijs zeggen en daarmee hun onderwijs
aanpassen aan de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Toets factoren spelen
een belangrijke rol in dat proces, maar ook het observeren van gedrag en de
leerstrategie van de leerling. Opbrengst gericht werken betekent:
- Het maximaliseren van de onderwijsprestaties/ het beste uit de leerling halen.
- Doelgericht werken/ samenwerken aan het realiseren van vooraf vastgestelde doelen.
- Resultaten analyseren via het leerlingvolgsysteem, observaties, toetsen en resultaten.
- Activiteiten aanscherpen/ gerichte aanpassingen op basis van de voortgang en evaluaties.
- Een systematische aanpak/ de acties verankeren in de kwaliteitszorg van de school.
Nu ik dit lees kan ik merken dat de onderwijsinspectie inderdaad
een groot aanhanger is van opbrengstgericht werken, want het zijn deze items
waar ze tijdens hun inspecties naar op zoek zijn en waar ze eindeloos op
doorvragen. Een breed scala van besturenorganisaties, adviesbureaus en overheidsinstellingen
zijn pleitbezorger waarmee bijna heel onderwijsland opbrengstgericht wil werken.
Daarmee lijkt opbrengstgericht werken de ‘what works’ van Nederlandse bodem.
Scholen worden van alle kanten gestimuleerd en zelfs een beetje gedwongen om
hiermee te gaan werken. In 2011 is het Bestuursakkoord VO van kracht gegaan en
hierin staan de prestatiedoelen van het vo-scholen: Hoge prestaties van
leerlingen, verbetering van de onderwijskwaliteit en de vergroting van de kwaliteit
van leraren en schoolleiders. Daar stelt het Ministerie van OCW een subsidie
voor beschikbaar. Opbrengstgericht werken is hierin geen doel op zich maar
wordt wel beschouwd als dé aanpak bij het realiseren van de doelen. In 2018
moet namelijk 90% van de scholen opbrengstgericht werken.
Zoom ik in op de publicatie ‘OGW in het VO’ van School
Aan Zet uit 2013, dan komen de bekende namen terug: Hattie, Marzano, Kolb en
Fullan. Het zit in gedrag, missie en visie, strategie in de klas,
kwaliteitsbeleid, management, veiligheid, kortom: Alles wat je aan gedrag,
processen en structuren binnen een school tegenkomt. Ik vraag me wel af of de
enthousiastelingen deze onderwijswetenschappers met de letter volgen of dat ze
alleen die elementen uit hun visie halen die weer voor hun eigen visie
welgevallig zijn.
Is de term ‘resultaatgericht onderwijs’ of
‘gegevens-gestuurd-onderwijs’ niet een betere term? Opbrengst staat voor iets
dat voortgebracht is. Je zaait, oogst, verkoopt en het geld dat je in je handen
houdt is de opbrengst. De opbrengst van een seizoen werken op het land. In de
voortgezet onderwijs komen de leerlingen binnen in de brugklas. Ze nemen een
pakket aan voorspellingen mee in de vorm van een cito, een nio en een
onderwijskundig rapport. Als het onderwijskundig rapport een havo advies laat
zien, dan is de gewenste opbrengst een havo-diploma. Wat er gebeurt tussen de
aanmelding en het diploma is op veel scholen een black box.
Het is duidelijk dat scholen grip moeten krijgen op de
tussenliggende processen. Maar menselijk gedrag is moeilijk in processen vast
te leggen. En de ontwikkeling van jonge adolescenten tot jong volwassenen al
helemaal niet. En hoe definieer je succes? Is dat alleen het diploma?
Het is van fundamenteel belang om de gegevens die
individuele leerlingen genereren te benutten. Veel scholen voor voortgezet
onderwijs benutten de data die meegenomen wordt vanuit de basisschool te
weinig. Er wordt alleen gekeken naar het niveau en of de leerlingen problemen
heeft. Dat is een gemiste kans die nadelig is voor leerlingen. De idealen van
het opbrengstgerichte werken, zijn valide. Toch pleit ik er voor om ruimte te
geven aan de pedagoog. Investeer in werkdrukverlichting. De scholen gaan zeven
weken dicht (straks zes). Iedereen rolt half overspannen de vakantie in. Waarom
geen vakantie van drie weken en lesweken van 20 lesuren maximaal bij een volle
baan. De doelen van het opbrengstgericht werken lijken mij onhaalbaar voor een
gemiddelde docent. We weten dat de achterliggende filosofie zal bijdragen aan
beter onderwijs aan de individuele leerlingen. Om het te bereiken zal een
enorme inspanning van docenten gevraagd worden in tijd die er niet is. Houd
docenten fris en opgewekt. En geef docenten vooral de ruimte en vertrouwen.
Zorg voor een lerende organisatie waarin het management een faciliterende en
dienende rol heeft. Zet het primaire proces centraal. En wees voorzichtig met
het opleggen van de ‘what works’ in het voortgezet onderwijs. Kijk naar het
hele plaatje en benut ook wat docenten teruggeven over de haalbaarheid van de
plannen. Want als je het onderwijs wil vervatten in een blauwdruk, slaat het
dood.
Bibliografie
Vandale.nl (2013). Opgehaald van Van Dale:
http://www.vandale.nl
Alexander, P. A.
(2006). Psychology in Learning and Instruction. New Jersey: Pearson.
Bos, G.-J., Van den
Burg - Poortvliet, E., Gerrits, P., & Zuidema, R. (2013). Gouden
regels voor een sterke school. Amersfoort: CPS.
Vermaas, J. (2013). Opbrengstgericht
werken en het vakmanschap van de leraar. Leijten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten